Het
eerste en het tweede leerjaar vierden mee met Naoul!
Stien: Het
doopsel van Naoul. Ik heb nu eindelijk
gezien hoe ik gedoopt ben. Eerst met een
schelp met water. Ja, en… ze had iets
mee voor ons. Het was een cup cake en
een drankje.
Maryam: In de
kerk was het heel mooi. Naoul is
gedoopt. En op het laatste gaf ze een
cup cake en een drankje.
Manon: Hij zei
tegen Naoul, in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, met
water. Ik vond het heel leuk. En we kregen in de kerk fruitsap en een cup
cake.
Argishti: In de kerk werd Naoul gedoopt. Er stond een gouden hoge kom. Toen ik gedoopt werd, kreeg ik een
ketting. En ik weet nog dat ik daarmee speelde
toen ik klein was. Die ketting hing aan
mijn nek.
Suzanne: Ik
zat op de voorste rij. Het was
leuk. We moesten handjes geven aan de
priester. Dan heeft hij een kruisje op
Naouls hoofd gegeven. Dan hebben we cake
gegeten en een sapje gedronken.
Mattèo: Naoul
werd gedoopt in de kerk. Ze kreeg water
over haar hoofd. Ze had een schelp. Supermooi.
We kregen een cakeje en een appelsap.
Klajdi: In de
kerk vond ik het doopsel van Naoul heel interessant. Met dat water op haar hoofd. Dank u wel voor de cake en het sapje. Groetjes.
Quinten: Wij
gingen naar het doopsel van Naoul. We
mochten een lied zingen over Jezus. En
een gedicht over Jezus. En een moeilijk
gedicht van Maria. Het doopsel was 3
keer water over haar hoofd. Hij zei: in
de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest en dan weer naar school.
Xander: Ik kon
niet goed zien. Het was in de kerk. Naoul moest nog gedoopt zijn, anders kon ze
haar communie niet doen. Ze kreeg een
cadeautje.
Joren: De mis
was voor Naoul en ze was blij. Het
tweede en het eerste mochten erbij zijn.
Jolina: Het
doopsel was raar. Het duurde lang. We kregen fruitsap en een cakeje.
Enisa: We zijn
naar de kerk geweest om Naoul te dopen.
We mochten naar een verhaal luisteren.
Dan schreef Naoul haar naam in het grote boek. Ha ar
mama en papa moesten een kruisje tekenen op haar voorhoofd. Dan mochten we een lekker hapje nemen.
Debian: Wij wandelden en wandelden en toen waren we
er. Dat groot kindje werd gedoopt. Wij kregen een sapje. En kijken.
En dan gingen de 2 klassen weer naar school.
Bauke: We zijn
naar het doopsel geweest van Naoul. We
gingen naar de kerk. De mama en de papa
van Naoul waren er ook. Er was familie
en wij kregen een brikje.
Justin: We
zijn donderdagmiddag naar de kerk geweest voor het doopsel van Naoul. Hij heeft
een verhaal over Jezus verteld en vroeg of ze vriend wilde worden van
Jezus. We hebben gezongen van
supersupersuperblij.
Colin: Wandelen naar de kerk. Voetstap per voetstap. En we zijn er. En we waren aan het wachten. En we kwamen binnen en er gebeurde dat hij woorden zei. Ze werd gedoopt zonder dat we het mochten zien. Hartelijk dank voor wie dit leest.
Sam: Het werkt
spannend. Het was leuk en er waren
kriebels in de buik. En nog en nog. En toen begon het.
Louise: De
doop van Naoul was nietzo leuk omdat we de hele tijd moesten stilzitten. Ze deden
3 keer water over haar hoofd.
Bloom: We
weten nu hoe wij gedoopt werden. Op het
laatste zei meneer Etienne we gaan samen je kruisje daar hangen. Maar ze had nog haar cakeje vast. En hij zei geef je cakeje maar hier en hij at
het op. Dat was lachen, heel hard
lachen.